maandag 6 oktober 2008

Overdaad schaadt.

Een levensgrote, gekruisigde pop wordt door twee acteurs met kilo’s confetti bestrooid, als was het een te voltooien schilderij. Ondertussen nemen twee andere acteurs met gesloten ogen aan de voet van dit beeld plaats om de papieren regen in ontvangst te nemen. Men moet in hun geknuffel wel een Pieta herkennen. Het is een van de vele beladen beelden die de overvolle afstudeervoorstelling Blaat van Roeland Hofman tekenen.

Oscar van Woensel schreef Blaat aan het begin van de jaren negentig na de aanslag op beeldend kunstenaar Rob Scholten. Met de moord op Theo van Gogh nog vers in het geheugen gegrift, blijkt het stuk nog hartstikke actueel. Het verhaal speelt zich af op de begrafenis van een vermoorde kunstenaar in het jaar 2009, de toekomst die inmiddels bijna tegenwoordige tijd is geworden. Kunstenaars worden dagelijks met de dood bedreigd en allemaal zijn ze bang. Ze weten zich onder het juk van alle dreiging geen houding aan te nemen en zoeken hun heil in drank, drugs en inhoudsloos geouwehoer. Van Woensels personages spreken in een gedefragmenteerde taal om die paniek en rusteloosheid ook nog eens klank te geven. Grappig is vooral de verbastering van het woord treurig naar terreurig.

In de hedendaagse uitvoering van afstuderend regisseur Roeland Hofman dragen de acteurs plastic kleding en hebben ze allemaal een blauw accent ergens op het gezicht. Aanvankelijk lijken die versieringen de tekenende karaktereigenschappen van de personages te benadrukken. De immer breed lachende actrice draagt bijvoorbeeld blauwe lippenstift en de hauteine schrijver heeft een opgetrokken blauwe wenkbrauw. In een heldere openingsscene waarin de tekst van van Woensel volledig tot zijn recht komt, lijkt een overzichtelijk absurdistische code gezet. In de daarop volgende scene blijkt de toeschouwer meteen al in de luren genomen. Dit wordt geen avondje consumeren, moet Hofman hebben gedacht. De spelers nemen ineens allerlei rollen voor hun rekening. De make-up en de kille aankleding van de ruimte doen dus dienst als tijdmachine. Die verplaatsing naar de toekomst is onnodig, want de thematiek van de voorstelling leeft nu ook enorm en niet alleen onder kunstenaars.

De vreemde maar te behappen wereld waarmee de regisseur ons aan het begin van de voorstelling wist te verleiden wordt ingeruild voor een grillig zooitje ongeregeld, zonder enig houvast voor de kijker. Vorm lijkt hier een doel op zich te zijn geworden, want door het geschreeuw en het heen en weer ge-ren van de spelers heen kunnen we de toch al moeilijk te begrijpen teksten helemaal niet meer verstaan. Binnen een paar minuten zijn we de lijn van het stuk volledig kwijt. De werkelijke tekst is niet het uitgangspunt geweest, blijkt nu, des te meer de gekte en de angst zoals beschreven in het verwaarloosde script. We zijn gedwongen ons over te geven aan vele pompeuze en ruige beelden, zoals die van de gekruisigde pop of die van de orgie met het lijk. En daar hebben we dus helemaal geen zin meer in, in die overgave, we willen eigenlijk gewoon naar huis.

Blaat van Roeland Hofman. Gezien op 1 oktober in het Gasthuis Frascatie. De voorstelling is niet meer te zien. Voor informatie over de programmering in het Gasthuis/Frascati, kijk op http://www.theaterfrascati.nl/.

Geen opmerkingen: